In 2023 betaalde je gemiddeld €3,20 voor een biertje, best een stevig bedrag. Toch zal deze prijs het komende jaar alleen nog maar meer stijgen. Door middel van een accijnsstijging probeert de overheid overmatig alcoholgebruik, met name onder jongeren, tegen te gaan.
Dat de bierprijs zou stijgen, werd afgelopen Prinsjesdag al bekendgemaakt. De koning presenteerde namelijk in zijn troonrede de plannen voor een hogere alcoholaccijns. Het oorspronkelijke plan was dat de accijns met 16,2% zou stijgen. De horecabond heeft dit door middel van een succesvolle lobby weten te beperken tot een stijging van slechts 8,4%. Met deze accijnsstijging wordt een krat pils gemiddeld zo’n 27 cent duurder. Per pilsje komt dit dus ongeveer uit op een prijsverhoging van 1 cent. Ondernemersorganisatie Koninklijke Horeca Nederland verwacht dat de prijsstijgingen van normaal bier hiermee beperkt blijven. Toch wordt speciaalbier aanzienlijk duurder.
Zoals te zien in figuur 1, zijn de prijzen van bier de laatste jaren al erg gestegen. Vooral het vroeger nog relatief goedkope pils, heeft met een stevige prijsstijging te maken gekregen. Ten opzichte van 2015 betaal je nu 32% meer voor een pilsje. Zo betaalde je in 2015 gemiddeld 2,38 euro voor een pilsje. In 2019 was dit al gestegen naar 2,66 euro en in 2023 was dit 3,20 euro. Hoewel inflatie en stijgende productiekosten ook zeker een rol spelen, heeft de overheid ook gericht belasting geheven op alcohol. Zo paste zij al eerder het btw-percentage van alcoholische dranken aan van 6% naar 21%.
Mark Gordijn, bedrijfsleider van Grand Cafe Xieje Den Haag, is echter niet blij met de prijsverhogingen: ‘De prijzen zijn al hoog genoeg. Meer kun je ook eigenlijk niet vragen van je gasten. Toch moeten we de accijns volledig doorberekenen, de horeca kan er ook niet voor opdraaien.’
Duurder bier; hoewel veel Nederlanders hier niet blij mee zijn, komt de maatregel voort uit goede intenties. De overheid wil namelijk alcoholgebruik ontmoedigen. Onderzoeken tonen aanzienlijke gezondheidsrisico's voor het (overmatig) gebruik van alcoholische dranken. Als een speciaal biertje net wat duurder wordt, kiezen mensen wellicht sneller voor de alcoholvrije variant, is de gedachte achter deze maatregelen.
Dit ontmoedigingsbeleid kreeg een nieuw leven met het Nationaal Preventieakkoord dat in 2018 is ingegaan. De overheid en verschillende maatschappelijke organisaties hebben hiermee ambitieuze doelen opgesteld om onder andere het alcoholgebruik voor 2040 sterk terug te dringen. Het aantal mensen dat overmatig drinkt ziet de overheid het liefst gehalveerd. In 2022 dronk nog 6,5% van de bevolking overmatig, voor vrouwen is dat meer dan 14 glazen per week en voor mannen 21. Dit moet dalen tot ongeveer 3%. Een ander doel is het compleet reduceren van het alcoholgebruik van mensen onder de achttien.
Dat de bierprijs erg gestegen is, is ook te merken aan de totale bierconsumptie. In 2023 is er namelijk minder alcohol geconsumeerd dan in het jaar ervoor. Vooral de consumptie van pils is erg gedaald, namelijk met 6,5 procent. De consumptie van speciaalbier en alcoholvrij bier is daarentegen nagenoeg gelijk gebleven. Gordijn merkte de gevolgen van het ontmoedigingsbeleid ook al. ‘Mensen kiezen steeds vaker voor alcoholvrij bier. Ik kan niet met zekerheid zeggen of dat alleen aan de prijs ligt, maar het speelt zeker wel een grote rol.’
Hoewel de gemiddelde bierconsumptie al relatief veel gedaald is, streeft de overheid naar een veel radicalere mindering. Om de doelen van het Nationaal Preventieakkoord te behalen, zal alcohol de komende jaren waarschijnlijk vaker het doelwit zijn van belastingheffing. De Horecabond heeft de accijnsverhoging van aanvankelijk 16,2% nu nog weten te verlagen tot 8,4%. Wil de overheid zich echter aan het Preventieakkoord houden, is deze verhoging niet genoeg en moeten er meer accijnsverhogingen volgen. Hoeveel effect deze nieuwe accijnsstijging zal hebben, zal de komende maanden nog moeten blijken.