Dit moet je weten over het welvaartsverschil tussen immigranten en Nederlanders.

In Nederland bestaat er nog steeds een groot verschil tussen de inkomsten van niet-westerse
allochtonen, westerse allochtonen en Nederlanders. Ook is er veel meer werkloosheid bij
allochtonen dan dat er bij autochtonen is. Het is van belang om op de hoogte te zijn van de
inkomensongelijkheid en werkloosheid in Nederland, aangezien de bestaanszekerheid een
steeds groter probleem wordt. Wij leggen je hieronder uit hoe dit allemaal in verhouding staat
in Nederland.

Foto ter illustratie

De overheid neemt veel maatregelen om het inkomensverschil in Nederland zou klein
mogelijk te houden. Dit doen zij door middel van onder andere toeslagen. Het wordt
tegenwoordig steeds moeilijker om alles te betalen, aangezien alles zo duur wordt. Toch is er
de laatste tien jaar weinig veranderd aan het inkomensverschil tussen allochtonen en
autochtonen. Maar hoe kan er nog steeds zo een groot verschil zijn? Volgens het CPB spelen
verschillende factoren hierbij een rol. Een van de voornaamste factoren wordt bepaald door je
studiekeuze. Het type opleiding die je kiest bepaald snel of je een hoog of laag inkomen zal
krijgen. “vroeger deden gastarbeiders, voornamelijk uit Turkije en Marokko, laaggeschoold werk waarvoor lokaal niemand te vinden was. Wat natuurlijk minder betaald dan hooggeschoold werk.”, vertelt Han Entzinger, hoogleraar Migratie- en Integratiestudies aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Naast de studiekeuze zijn ook sociale netwerken, culturele verschillen, verschillen in
beheersing van de Nederlandse taal en discriminatie op de arbeidsmarkt factoren die
meespelen voor je inkomen. De discriminatie kan al beginnen bij het onderwijs waar
bijvoorbeeld een meester of juffrouw andere leerlingen naar voren trekt en jou achterlaat.
Hierdoor worden de kansen verminderd om goede cijfers te halen en zo een goede
vervolgopleiding te kunnen kiezen.

Opbouw van het inkomen

Het inkomen van een Nederlandse inwoners wordt niet alleen door hun arbeidsinkomen
bepaald, maar ook door andere zaken zoals toeslagen. Er zijn vier soorten toeslagen: de
zorgtoeslag, huurtoeslag, kindgebonden budget en de kinderopvangtoeslag. Elke Nederlandse
inwoners heeft hier recht op als zij aan de criteria voldoen om deze toeslag te mogen
ontvangen. Naast deze toeslagen zijn er ook uitkeringen. Als je werkloos bent kan je
bijvoorbeeld een WW- of IOW- uitkering aanvragen. Maar je kan ook een uitkering
aanvragen als je arbeidsbeperkte bent. Deze toeslagen en uitkeringen vormen samen met het
arbeidsinkomen het totale inkomen van een inwoner in Nederland. Opvallend is wel dat
volgens het CBS de niet-westerse allochtonen het meeste moeten leven van toeslagen en
uitkeringen, omdat ze over het algemeen minder verdienen via de arbeidsmarkt of een
bepaalde beperking hebben. "Migratie vraagt om open grenzen, een welvaartsstaat daarentegen werkt het best in een gesloten systeem. Daardoor gaan deze niet goed samen.", zegt Entzinger.

Werkloosheid

Een van de redenen waarom niet-westerse allochtonen meer uitkeringen krijgen dan westerse
allochtonen en autochtonen is, omdat bij deze groep de werkloosheid aanzienlijk hoger is. Dit
komt vaak door discriminatie of het niet beheersen van de Nederlandse taal. Interessant om te
zien in de grafiek is dat er ook een hoog percentage werkloosheid is bij zowel de autochtonen
als bij de westerse allochtonen. Maar toch krijgen deze groepen de helft minder uitkeringen
dan bij de niet-westerse allochtonen. Het laat zien dat de verhoudingen van uitkeringen niet
helemaal correct zijn. "Dit houd niet in dat allochtonen het systeem misbruiken", zegt Entzinger. "De meeste migranten die deel uitmaken van de beroepsbevolking dragen per saldo bij aan de verzorgingsstaat."
Deze scheve verhoudingen zorgen wel voor een toenemende armoede in Nederland wat snel een
steeds groter probleem wordt.
Momenteel is er nog steeds geen kabinet gevormd wat het moeilijk maakt om dit soort grote
problemen effectief aan te pakken. De laatste jaren wordt er al veel aan gedaan, maar blijkt
het toch weinig effectief te zijn.

Het is kwalijk dat het inkomensverschil voor niet-westerse allochtonen nog steeds zo groot is, terwijl zij al jaren in Nederland wonen of vaak ook een Nederlands paspoort bezitten. Er zijn veel redenen te noemen waarom het inkomensverschil zo hoog is zoals de taalbarrière, maar nog steeds zou dit niet moeten leiden tot meer mensen die in de bijstand moeten leven. Het laat zien dat er nog veel werk moet worden verricht totdat wij in Nederland een eerlijke inkomensverdeling hebben die alleen op basis van inzet is en niet op basis van afkomst.

11 februari 2024 |
Matthijs Goedings
paulvsteijn