Achtergrondartikel
Waarom Nederland zich weer op kan maken voor de langste formatie ooit
6 april 2021
Stéphanie de Groot
Bachelorstudent Bestuurskunde en minor Journalistiek en Nieuwe Media 2020/2021
Het Binnenhof in Den Haag. Auteur: Pieter Musterd (CC BY-NC-ND 2.0)

Gemiddeld duurt het 94 dagen om tot een nieuw kabinet te komen na de verkiezingen. Tel daar de versplintering van het parlement, de maatschappelijke onrust en het wantrouwen in het proces bij op en Nederland kan zich weer klaarmaken voor de langste formatie ooit. Maar waarom duurt het formeren zo lang? En welke rol speelt de fragmentatie van de Tweede Kamer, de (on)rust in de samenleving en de ‘politieke wil’ bij het formeren?

De Nederlandse politiek kenmerkt zich door praten, onderhandelen, compromissen sluiten en nog eens praten. Vanaf jaar en dag is dit ‘poldermodel’ onlosmakend verbonden met de Nederlandse politieke cultuur. Bij het formeren is het niet anders. Op basis van de duur van de kabinetsformatie vanaf de Tweede Wereldoorlog tot 2017 zijn er echter geen harde conclusies te trekken wat de oorzaken zijn van de lengte van de formatie.

Historische kabinetsformaties

In de grafiek hieronder is een aantal zaken opvallend. Kabinetten waarbij dezelfde coalitiepartners zitting deden, zijn over het algemeen snel geformeerd. Dit zie je bij de kabinetten De Quay en Marijnen, waarin de KVP, ARP, CHU en de VVD hun zitting hadden. Ook zie je dit terug bij het kabinet Lubbers I en II met het CDA en de VVD.

Na de langste formatie ooit in 2017, staat de formatie in 1977 op de tweede plek. Het idee in 1977 was om een kabinet Den Uyl II te vormen, maar door wantrouwen tussen het CDA en de PvdA liep het plan spaak. Dit kostte erg veel tijd. In 2017 was tevens geprobeerd om een kabinet te vormen met GroenLinks wat tot niets uit liep, ook hier was veel tijd verloren.

De versplinterde Kamer

Bovendien zou het aantal coalitiepartners een rol kunnen spelen in de lengte van de formatie. “Het aantal coalitiepartners speelt wel een rol in de duur van de kabinetsformatie. maar het zegt lang niet alles,’ stelt Carla van Baalen, directeur van het Centrum voor Parlementaire Geschiedenis aan de Radboud Universiteit en gespecialiseerd in kabinetsformaties.

Ook bijzonder hoogleraar parlementaire geschiedenis aan de Universiteit van Maastricht en onderzoeker bij het Montesquieu Instituut in Den Haag, Bert van den Braak, stelt dat de fragmentatie van de Tweede Kamer de kabinetsformatie niet makkelijker maakt. “Er zijn gewoon minder mogelijkheden.”

De verwachting dat een kabinet met meerdere partijen langer doet over een formatie is dus niet vreemd. Uit data van parlement.com blijkt inderdaad dat partijen met meerdere coalitiepartners langer over formeren doen dan partijen met minder partners. Zo deden de twee kabinetten met vijf coalitiepartners er gemiddeld 116 dagen over om tot een nieuw kabinet te komen. Kabinetten met twee meeregerende partijen deden er gemiddelde 87 dagen over.

Opmerkelijk is wel dat kabinetten met vier partijen er gemiddeld weer korter over doen dan kabinetten met drie partijen. Het gaat hier om 91 dagen ten opzichte van 99 dagen. Het klopt dus dat lang niet alles wordt verklaard door het aantal coalitiepartners, namelijk maar 1,5%.

Bovendien zijn er voorbeelden dat het aantal partijen niet hoeft te resulteren in een langere (of kortere formatie). Vooral de formaties in 2017 (Rutte III) en 1977 (Van Agt I) laten dit goed zijn. In Rutte III deden vier partijen hun intreden en in Van Agt I, twee partijen. Dat wil zeggen dat ook wanneer er minder partijen mee regeren, de kabinetsformatie lang kan duren.

Kabinetsformatie Van Agt I in oktober 1977. V.l.n.r. informateurs Vrolijk en Verdam, Van Agt (CDA), Van Thijn (PvdA) en Terlouw (D66). Auteur: Hans Peters (CC0 1.0)

De (on)rustige maatschappij

Het aantal coalitiepartners is dus niet de allerbelangrijkste reden voor de duur van de formatie. “Ook de noodzaak om te formeren speelt een belangrijke rol,” zegt Van den Braak. “Bijvoorbeeld in 2012, Nederland zat toen midden in een financiële crisis. De PvdA en de VVD waren aan elkaar overgeleverd en moesten wel samen. In 2017 was het relatief rustig in Nederland en kon het wel wat langer duren.”

“De maatschappelijke onrust speelt zeker een rol,’ zegt ook Van Baalen. “Maar het allerbelangrijkste is vertrouwen.” Dit stelt ook Van den Braak: “Het belangrijkste is de ‘politieke wil’ om te formeren.” Wanneer deze wil er niet is, kan “Nederland in de grootste crisis ooit zitten” en nog zal er geen kabinet komen, voorspelt Van Baalen.

De voorspelling

Wanneer het vertrouwen het belangrijkste in een formatieproces is, kan Nederland zich dus gaan opmaken voor de langste formatie ooit. Het vertrouwen in Rutte is gehalveerd na het debat over de vier woorden: ‘Pieter Omtzigt: functie elders’. “Maar ik had sowieso al gedacht dat het een lange formatie zou worden,” zegt Van Baalen.

Het werkt namelijk niet mee dat er hoe dan ook vier of meer coalitiepartners nodig zouden zijn voor een meerderheid in de Eerste en Tweede Kamer. Misschien dat de coronacrisis de snelheid weer wat opkrikt, maar de kaarten waren al niet zo rooskleurig geschud en na donderdag 1 april zijn er amper nog kaarten om te schudden.

6 april 2021 |
Stéphanie de Groot
Bachelorstudent Bestuurskunde en minor Journalistiek en Nieuwe Media 2020/2021