Debat Kennis en Europa: Serieuze Zaken op een Luchtige Toon
23 mei 2019 |
Tom Legierse
Beeld: Tom Legierse

Debatteren over kennis en Europa. Politici en universiteiten komen hier een week voor de verkiezingen, op donderdag 16 mei, voor samen. In het Wijnhavengebouw in Den Haag van de Universiteit Leiden komen twee stellingen nadrukkelijk naar voren. Wat moeten we aan met technologische ontwikkelingen zoals kunstmatige intelligentie? En moeten universiteiten blijven internationaliseren?

In de tien minuten voordat het debat begint, druppelt de zaal vol met geïnteresseerden. Het is een gemêleerd publiek met mensen van alle leeftijden. Men neemt plaats en praat alvast wat met elkaar. Ook de politici die straks deelnemen aan het debat zijn alvast in gesprek, wat er precies gezegd wordt kunnen we niet horen, maar Martin Bosma van de PVV lacht erbij.

De zaal loopt langzaam vol als Martin Bosma (PVV, links) lachend in gesprek is met een aanwezige.
Een man neemt van de gelegenheid gebruik om de krant nog even door te bladeren.

Het eerste debat over technologische innovatie wordt afgetrapt door Frank Baaijens van de TU Eindhoven, waarna Jimmy Bastings en Anil Kumar, Europarlementariërs voor respectievelijk het CDA en de ChristenUnie, het stokje overnemen.

Volgens Baaijens moet Nederland ‘de toekomst voorspellen door de toekomst te maken. Nederland moet investeren in het eigen talent en de eigen kennis. Zo kunnen we voorkomen dat banen naar China gaan. Op de gebieden waarin we nu voorlopen moeten we blijven voorlopen.’

Kumar ziet het belang van technologische innovatie wel. ‘De ChristenUnie en technologie, dat lijkt misschien een tweestrijd. Je verwacht antwoorden van Jezus, maar Google heeft ook best veel antwoorden.’ De zaal lacht hard om deze grap.

Niet alleen Jezus maar ook Google komt met de antwoorden die Kumar (links, CU) zoekt.

‘Toch,’ zegt Kumar, ‘gaat technologische innovatie ook over veiligheid. Er moet betere wet- en regelgeving komen voor bijvoorbeeld kunstmatige intelligentie. Daarbij kunnen we beter niet wachten tot Europa deze opstelt, we moeten ze als Nederland zelf al maken.’

Bastings is het hier niet mee eens. ‘We schieten er helemaal niets mee op als iedere lidstaat zijn eigen regelgeving heeft op dit gebied. Maar we kunnen het ook niet over laten aan de markt, we moeten een eerlijk speelveld creëren.’

Baaijens sluit af: ‘Met de kennis die we in Nederland hebben op het gebied van technologische innovatie, denk ik dat we als Nederland een unieke positie heeft om de wetgeving in Europa mede te bepalen.’

Alle aanwezigen hebben een rode en een groene kaart om op stellingen te reageren.

Onderwijs
Het is tijd voor het volgende debat. Een debat dat voor de studenten in de zaal erg dichtbij komt: internationalisering van de universiteit. Tim van der Hagen zwengelt het debat tussen Paul van Meenen (D66) en Martin Bosma (PVV).

Politiek verslaggever Marleen de Rooy modereert het debat en loopt met de microfoon in de hand langs mensen met vragen.

Van der Hagen: ‘De wetenschap is een internationaal gebeuren. Wetenschappers spreken over de hele wereld met elkaar af. We zien nu ook dat studenten daar gaan studeren waar de kennis het beste is. Daarom hebben we in Nederland veel niet-Nederlandse instroom.’

‘Dat is voor de TU Delft geen probleem’, zegt Van der Hagen. ‘Het is van economisch belang. De uitdaging is alleen: hoe houden we ons universitair onderwijs toegankelijk voor zowel Nederlandse als niet-Nederlandse studenten?’

Paul van Meenen ziet ook dat internationalisering een verdienmodel is geworden. ‘De wetenschap is ook internationaal en voor veel studies is het logisch dat ze Engels zijn. Toch moeten we ook kijken naar de studies waarin dat niet nodig is. Moeten we wel 1000 Chinezen opleiden bij psychologie? Laten we het toegankelijk houden voor Nederlandse studenten.’

Verdeeldheid tijdens stellingen over internationalisering in het onderwijs.

Martin Bosma is het hier met Van Meenen eens. ‘Maar Paul en ik zijn waarschijnlijk ingehuurd om elkaar de hersens in te slaan hier.’ Onder wat gegniffel van de zaal vervolgd hij zijn betoog. ‘Iedereen is voor internationalisering, maar de universiteit is meer dan een diplomadrukker.’

‘De universiteiten hebben ook een maatschappelijke functie’, zegt Bosma. ‘Als een taal niet meer op de universiteit wordt gegeven, dan is die stervende. De universiteit heeft een plicht naar de taal van Reve en Van den Vondel.’

Van der Hagen gooit nog een balletje op: ‘Hoe kunnen we er dan voor zorgen dat het percentage niet-Nederlanders binnen de perken blijft zonder te discrimineren?’

Bosma is direct stellig: ‘Cappen.’ Maar Van der Hagen reageert dat dat per wet verboden is. Bosma: ‘Dan veranderen we die. Ik ben toevallig een van de mede-wetmakers, dus dat kan geregeld worden.’ In de zaal lachen mensen.

Aan humor geen gebrek tijdens het debat over internationalisering in het onderwijs.


Uit het publiek komt de vraag hoe Bosma zich aan het Bologna-akkoord wilt houden, waarin is afgesproken dat Europese studenten door heel Europa kunnen studeren. Het gelach in de zaal neemt toe als Bosma antwoord: ‘Nexit.’

‘We houden Maastricht open voor Duitsers’ zegt Bosma. ‘Dat moet niet de bedoeling zijn. Het kost ons geld en we leiden er geen Nederlanders mee op. Bologna deugd niet.’

Hier is van Meenen het niet mee eens en hij springt in. ‘Ik neem je wel mee op werkbezoek naar Maastricht. Dan kom je ook nog eens ergens.’ Waarop Bosma gevat antwoord: ‘Wij (PVV, red.) zijn de grootste in Maastricht, dus graag.’ Onder applaus en gelach nemen de heren afscheid van de mensen in de zaal, die daarna zelf nog kunnen borrelen.

Voor ieder wat wils. Zowel alcoholische al niet-alcoholische dranken worden geschonken.
Het nabeschouwen en netwerken kan onder het genot van een hapje en een drankje beginnen.

23 mei 2019 |
Tom Legierse