Dataproductie
Huisartsen vol, studenten wanhopig: is er nog plek in Delft?
23 juni 2025
Inger Duursma
Student minor Journalistiek en Nieuwe Media (2024/2025).

Angst voor wachtlijsten, gemakzucht, onwetendheid over hoe lang je er blijft wonen en het idee dat je ‘toch nooit ziek bent’. Het zijn veelgehoorde redenen waarom studenten zich niet inschrijven bij een huisarts in hun studentenstad. In plaats daarvan reizen ze terug naar hun ouders voor zorg. Maar levert dat geen problemen op?

Met de trein naar je huisarts. Voor Mieke, studente Industrieel Ontwerpen, is het normaal. Ze woont al ruim twee jaar op kamers in Delft, maar reist af naar Gouda voor een afspraak. Zo’n uur reizen. “Ik vond het zelf wel te bereizen en ik ben toch niet vaak ziek. Ik vond het niet nodig om te wisselen,” vertelt ze.

Totdat het misging. “Met atletiek scheurde ik mijn enkelbanden. Lopen was bijna onmogelijk, laat staan een treinreis.” In paniek belde ze huisartspraktijken in de buurt, in de hoop dat ze ergens zonder inschrijving terechtkon. “Dat kon niet. Uiteindelijk haalden mijn ouders me op om me naar mijn huisarts in Gouda te brengen. Daarna reden ze me weer terug naar Delft.”

Mieke is niet de enige. Van de ruim 110.000 inwoners van Delft zijn er meer dan 13.000 niet ingeschreven bij een huisarts in de stad. Volgens het stadsbestuur komt dat waarschijnlijk grotendeels door studenten. “Het is zeer aannemelijk dat een deel van hen ingeschreven blijft bij de huisarts van hun ouders.” Exacte cijfers zijn er niet, omdat een verhuizing niet automatisch wordt doorgegeven aan de huisarts. Die weet dus niet dat een patiënt is verhuisd, tenzij die dat zelf meldt.

Plek vrijhouden

Voor huisartsen is het ongewenst is als een patiënt ver weg woont. Bij spoed moet een huisarts binnen vijftien minuten ter plaatse kunnen zijn. Bovendien kent een huisarts de lokale zorgverleners, waardoor doorverwijzen veel eenvoudiger is binnen de eigen regio. Een student die ver weg woont, valt buiten dat netwerk.

Maaike van der Lelij is praktijkhouder bij  SGZ-Studentengezondheidszorg Delft, een huisartsenpraktijk met studenten als doelgroep. Zij ziet regelmatig studenten met acute klachten die niet in de buurt ingeschreven staan. “De meeste huisartsen hebben daar geen ruimte voor. Wij hebben een speciale afspraak met de universiteit, waardoor we extra plek vrijhouden voor zogenoemde passanten. Na hun bezoek schrijven de meesten zich bij ons in. We hebben altijd plek voor studenten.”

Maar het begrip ‘studentenhuisarts’ levert soms misverstanden op. Sommige studenten denken dat ze na hun studie hun plek bij de studentenhuisarts verliezen. Van der Lelij: “Dat klopt niet. Hoewel we ons richten op studenten, mogen patiënten blijven na hun afstuderen. Een huisarts mag niemand zomaar uitschrijven.”

Landelijk tekort

In april 2025 concludeerde de Algemene Rekenkamer in het rapport Focus op Huisartsentekort dat Nederland kampt met een landelijk tekort aan huisartsen. Uit cijfers van onderzoeksinstituut Nivel bleek dat maar liefst 60% van de praktijken een patiëntenstop hanteert. In Delft geldt dat voor bijna de helft van de praktijken, een belangrijke reden voor studenten om ‘veilig’ bij hun oude huisarts te blijven. Maar in Gouda, waar Mieke haar huisarts heeft, ligt dit zelfs tussen de 50 en 100%.

Een belangrijke oorzaak is de toegenomen werklast. “Specialistische handelingen die eerder in ziekenhuizen plaatsvonden, worden nu door huisartsen uitgevoerd. Dat maakt de zorg goedkoper en toegankelijker, maar ook intensiever,” aldus Van der Lelij.

Zeven extra huisartsen

Toch is de situatie in studentensteden zoals Delft niet helemaal te vergelijken met andere steden. Door het hoge aandeel studenten ligt de zorgvraag gemiddeld lager. Jongeren hebben jaarlijks minder dan de helft van het aantal contactmomenten met de huisarts dan ouderen. Daardoor kan een huisarts in Delft relatief meer patiënten tegelijk behandelen dan bijvoorbeeld in een meer vergrijsde stad als Gouda.

Maar met die lagere zorgvraag heeft Delft ook een lagere huisartsendichtheid dan Gouda. Dat betekent dat er minder huisartsen per inwoner beschikbaar zijn.

En dat  zorgt ervoor dat de druk op Delftse huisartsen alsnog hoog is: als alle 13.000 niet-ingeschreven inwoners van Delft zich tegelijk bij een huisarts zouden aanmelden, zou dat neerkomen op een tekort van maar liefst zeven extra huisartsen.

En Mieke? Overweegt ze na haar blessure toch een huisarts in Delft te zoeken?
“Eigenlijk niet,” zegt ze. “Het is misschien niet ideaal, maar als ik iets van de apotheek nodig heb, stuur ik mijn moeder gewoon op pad. En als er iets urgents gebeurt, zijn mijn ouders gelukkig zo lief om me weer op te halen.”

23 juni 2025 |
Inger Duursma
Student minor Journalistiek en Nieuwe Media (2024/2025).