Meer clubs, minder leden: wat gebeurt er bij de atletiek?
20 mei 2025
Aniek Wiggers

Hardloopschoenen aan en gaan. De geoefende loper doet diens sporthorloge om, zet Strava aan en propt wat gelletjes in de zakken. ’s Werelds oudste sport is nog altijd populair.

Sinds de coronatijd heeft het hardlopen een flinke sprong gemaakt. In de Appstore staan talloze applicaties die een ‘road to 10k’ aanbieden, of helpen om van ‘coach potato to runner’ te gaan. Zogenoemde Runfluencers op TikTok filmen hun trainingen, sportvoeding en geven tips om de scrollende kijker te inspireren.

Stijgende lijn

Het verleidelijke aan hardlopen is dat het zonder enige verbinding aan een club kan. Lidmaatschap is niet vereist. Er zijn daarentegen wel veel atletiekverenigingen in Nederland. Sterker nog, het worden er steeds meer.

De laatste jaren komen er gestaag meer clubs: sinds 2012 schieten elke drie jaar minstens tien nieuwe clubs uit de grond. Tussen 2018 en 2021 was de toename van nieuwe clubs zelfs twintig. De stijgende lijn is een interessant gegeven, vooral omdat het aantal leden per club fors afneemt. Zeker de laatste drie jaar was de daling exponentieel. Meer clubs, maar minder leden per club.

In de jaren 2018 tot 2021 is weliswaar het totaal aantal clubs toegenomen, maar veranderde ook veel bij de verdeling van de clubs. Zo is het aantal clubs van meer dan 500 leden met maar liefst negen procent verminderd.

De grootste stijging zit in clubs met minder dan 51 leden: waar dat in 2018 zeven procent van het totaal behelsde, is dat in 2021 dertien procent. Waar ligt dat aan?

Heinde en verre

Juist de toename in nieuwe atletiekverenigingen kan reden zijn voor de vermindering van het aantal leden per club. De leden die eerst van heinde en verre naar de vereniging kwamen, kunnen door een nieuwe vereniging dichterbij huis atletiek beoefenen.

Het begrip ‘atletiekvereniging’ is overigens beschermd, waarschuwt NOC*NSF. Niet elke runningclub of groep zevenkampliefhebbers kan zich zomaar dopen tot atletiekvereniging.

De wet stelt een aantal juridische voorwaarden waar een vereniging voor oprichting aan dient te voldoen. De besproken atletiekverenigingen artikel bestaan dus niet uit een run club van het plaatselijke café, maar uit daadwerkelijke verenigingen.

Niet nodig

Triatleet en student Jasper Gerlof (23) is vervend sporter, maar heeft geen lidmaatschap bij een atletiekvereniging. ,,Ik vind het niet nodig rondjes te lopen op de atletiekbaan. Liever verken ik de omliggende dorpen tijdens een training, dan dat ik de hele tijd dezelfde paar honderd meter loop.’’

Op de vraag of hij niet graag training zou krijgen om zijn techniek te verbeteren, antwoordt hij stellig van niet. ,,Hoe ik loop maakt mij weinig uit en ik krijg geen blessures van mijn huidige afwikkeling.’’ Voor zijn sociale leven hoeft een atletiekvereniging voor Gerlof ook niet. ,,Veel van mijn vrienden lopen hard en gelukkig rennen we vaak samen.’’

Casper Chaudron (23) was wel aangesloten bij een atletiekvereniging. In zijn jeugd sportte hij bij Leiden Atletiek, een vereniging met ruim 1100 leden. ,,Atletiek is in principe een individuele sport en ik wilde met vriendjes sporten. Daarnaast is atletiek een technische sport en om die techniek goed te leren wilde ik training van een atleet.’’

Chaudron zegde na een aantal jaar zijn lidmaatschap op bij de vereniging. ,,De sport kijken vind ik nog steeds leuk, maar de trainingen werden eentonig en ik kreeg er minder plezier in.’’ Wel zou hij, mocht hij weer hernieuwde zin krijgen, zich meteen aansluiten bij een vereniging. ,,Hardlopen is makkelijk om zelf te doen, maar bij bijvoorbeeld hoog- of verspringen is een vereniging met materiaal fijn. Daarnaast is het ook gezelliger.’’

20 mei 2025 |
Aniek Wiggers