De Europese Commissie heeft in maart een nieuw plan bekendgemaakt dat ervoor moet zorgen dat uitgeprocedeerde asielzoekers daadwerkelijk de EU verlaten. Een belangrijk onderdeel daarvan is dat lidstaten elkaars uitzetbeslissingen gaan erkennen en uitvoeren. Ook wil de Commissie mensen zonder verblijfsvergunning overbrengen naar ‘terugkeerhubs’ buiten de EU. Volgens critici is het plan nauwelijks uitvoerbaar. “Het is vooral symboolpolitiek”, aldus Marlou Schrover.
In maart 2025 presenteerde de Commissie het langverwachte sluitstuk van het Europese migratiepact. Sander Smit, Europarlementariër namens de BBB, vertelt bij NPO1 over het voorstel: “80% van de illegale migranten blijft in de Europese Unie rondzwerven, dat moet dit voorstel gaan oplossen. Het is een goede eerste stap, maar wat ons betreft mag het nog wel worden aangescherpt.”
Retoriek
Schrover, hoogleraar Economische en Sociale Geschiedenis, met speciale belangstelling voor migratie en diversiteit, plaatst kanttekeningen bij die benadering. Ze vertelt over het plan van de Europese Commissie: “Het begint al bij de retoriek die politici veel gebruiken. Het gebruik van zo’n woord als rondzwerven legt de nadruk op een gebrek aan controle. Mede daardoor klinkt het alsof er een groot probleem is.”
Volgens Smit en andere politici zou Nederland een aantrekkelijk land zijn voor asielzoekers, onder andere vanwege het relatief toegankelijke asielproces. Toch tonen cijfers iets anders. In de onderstaande grafiek staan de top vijf opvanglanden samen met Nederland (zevende plek na Oostenrijk).
Ook over het aantal asielaanvragen en de toegekende verblijfsstatus is informatie beschikbaar. De afgelopen negen jaar kwamen er gemiddeld zo’n 24.000 asielzoekers per jaar naar Nederland. Hiervan kregen er jaarlijks gemiddeld 11.230 een verblijfsvergunning van de IND. Dat betekent dat iets minder dan de helft van de asielzoekers uiteindelijk in Nederland mag blijven.
Verplicht systeem
De Commissie pleit voor meer samenwerking tussen lidstaten op het gebied van asielbeleid. Nu bestaan er nog 27 nationale systemen, wat het volgens de Commissie makkelijk maakt voor asielzoekers om in meerdere landen asiel aan te vragen en zo uitzetting te voorkomen. Daarom is eenduidige beslissingen voor terugkeer belangrijk. Vanaf 2027 moeten lidstaten daarom verplicht dezelfde terugkeerbesluiten erkennen en uitvoeren.
Schrover: “Je kan zo’n plan wel verplicht stellen voor alle landen van de EU, maar in de praktijk gaat het niet zoveel opleveren. Je kunt het namelijk wel sneller willen doen, maar dat gaat niet zo makkelijk. Mensen zijn niet altijd uitzetbaar, omdat je niet weet naar welk land je moet uitzetten. Vaak hebben mensen geen papieren, waardoor het moeilijk is om te achterhalen waar ze vandaan komen. Het is vooral symboolpolitiek, dus laten zien dat ze er wat aan willen doen.”
Het beleid bevat ook een zogenoemde ‘entry ban’. Als een asielzoeker in één EU-land wordt afgewezen, mag die persoon tien jaar lang nergens anders in de Europese Unie asiel aanvragen. Daarnaast moedigt de Commissie vrijwillige terugkeer aan, maar dwang zou ook mogelijk kunnen zijn. Daarom kunnen uitgeprocedeerden worden vastgezet om te voorkomen dat ze verdwijnen. Dat zou maximaal twee jaar kunnen duren, nu is dat 18 maanden.
‘Terugkeerhubs’
Verder wil de Commissie het mogelijk maken dat uitgeprocedeerde asielzoekers uitgezet kunnen worden naar ‘terugkeerhubs’. Dat zijn centra buiten de EU van waaruit uitgeprocedeerden terug moeten keren naar hun eigen land. Lidstaten mogen families met minderjarige kinderen niet naar zulke centra sturen. “Zo’n plan is op dit moment niet uitvoerbaar, want je moet een land vinden dat daarvoor openstaat en zich houdt aan de mensenrechten. Marokko wil het bijvoorbeeld niet en landen als Libië en Rwanda, die politici veel noemen, krijgen regelmatig kritiek vanwege mensenrechtenschendingen”, vertelt Schrover.
Naast de uitvoeringsproblemen zorgt het plan volgens Schrover ook voor extra druk bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). “Ze zijn al vreselijk overbelast. Er is dan een kans dat de IND fouten gaat maken, omdat het allemaal sneller moet.” Voor nu blijft het daarom nog onzeker hoe het nieuwe terugkeerbeleid in de praktijk zal uitpakken.