Wie regelmatig in Leiden komt heeft ze vast wel eens een van de poorten gezien die Leiden heeft: De Morspoort aan de Morsstraat en de Zijlpoort bij de Haven. Dit zijn de enige poorten die Leiden momenteel heeft, maar dit was niet altijd zo. In de negentiende eeuw had Leiden namelijk maar liefst acht stadspoorten.
Oudere poorten
Leiden kent veel meer oudere poorten, poorten die al in de middeleeuwen werden gebouwd. Zo hadden veel van de poorten, zoals de Herenpoort, al een oudere variant. Sommige van deze poorten hebben zelfs een andere plaats gehad, bijvoorbeeld de Zijlpoort en de Marepoort. Deze poorten werden dan verplaatst omdat Leiden de poorten uitgroeide en er vraag was naar een groter gebied.
Bestaande poorten
De poorten die nog bestaan zijn dus de Morspoort en de Zijlpoort. De eerste Morspoort werd in 1611 gebouwd en was van hout. Willem van der Helm overzag in de zeventiende eeuw de bouw van zes nieuwe poorten, waaronder een vernieuwde Morspoort. In 1668 verving deze dan ook zijn houten voorganger. In 1667 bouwde van der Helm ook al een nieuwe Zijlpoort, die werd verplaatst van de Haarlemmer naar de Haven.
Andere renovaties
Willem van der Helm renoveerde in zijn tijd drie andere poorten: De Marepoort in 1664, een van de Hogewoerdspoorten in 1669 en de Koepoort in 1671. In 1632 werd door Jan Jacobsz van Bachem de Rijnsburgerpoort gebouwd. De nieuwe poorten waren van steen, de eerdere versies waren van hout. De poorten werden versierd om het prestige van de stad te bevorderen.
De architecten van de Witte Binnen- en Buitenpoorten zijn onbekend, maar we weten dat de buitenpoort in 1592 werd gebouwd en de binnenpoort in 1644. De achtste en laatste stadspoort die werd gebouwd was de Herenpoort in de buurt van de Herensingel. De bouw van deze poort werd in 1682 afgerond.
Afbreking
In de negentiende eeuw groeide Leiden tot een steeds grotere stad, waardoor het verkeer van en naar de stad ook steeg. De kleine stadspoorten waren een belemmering van het verkeer en moesten ruimte maken voor grotere wegen. Niet iedereen was hier even blij mee, de poorten waren mooi versierd en boegbeelden van de stad.
Uiteindelijk zijn alle poorten behalve de Morspoort en de Zijlpoort gesloopt. In 1862 werd als eerste de Witte Buitenpoort gesloopt, waarna een groot deel van de poorten volgde in de jaren daarna. De Hogewoerdsbinnenpoort was de enige die het langer volhield, deze poort werd in 1876 afgebroken.
Het heden
Er zijn dus nog maar twee stadspoorten die de negentiende eeuw hebben overleefd: De Morspoort en de Zijlpoort. De kazerne bij de Morspoort werd tot 1940 nog bemand. Hierna werd het tot 1981 gebruikt om koks om te leiden voor het leger. De Zijlpoort ligt naast een begraafplaats die is vernoemd naar de poort.
De poorten hebben de status van rijksmonument, wat inhoudt dat ze niet zomaar afgebroken mogen worden. In 2018 is de Morspoort voor het laatst gerenoveerd. De Zijlpoort is voor het laatst gerenoveerd in de laatste jaren van de twintigste eeuw. Er kwamen meerdere gebouwen bij de poort, waaronder een restaurant.