Wat doen die pro-Palestina studentenprotesten toch hier?

Sinds de aanval van Hamas op Israël op 7 oktober heeft het conflict tussen Israël en Palestina zich tot een volledige oorlog ontwikkeld. Israël, met een georganiseerd leger, meer geld, een grotere bevolking én bovendien monetaire en politieke steun vanuit het westen, wist al snel de bovenhand te krijgen. Waar iedereen had verwacht dat het conflict snel over zou zijn, is Israël echter niet gestopt. De oorlog gaat tot op vandaag de dag door en Israël is laatst zelfs aangeklaagd door bij het internationale gerechtshof in Den Haag. De vraag is nu: waarom?

Israël heeft na haar succesvolle tegenaanval op Hamas de wapens niet neergelegd maar heeft onder het mom van de ‘Dahiya-doctrine’, waarbij massale vernietiging qua infrastructuur en burgercentra het hoofddoel is, de Gazastrook grotendeels bezet. De Palestijnse inwoners worden te laat gewaarschuwd om te vertrekken om vervolgens dood neer te vallen in de succesvolle bombardementen. De Israëliers vallen zonder genade binnen en schieten iedereen, onschuldig of niet, overhoop. Er worden zelfs kinderlijken teruggevonden. De totale vernietiging van de Gazastrook en haar inwoners, die nergens heen kunnen en omkomen van de honger doordat Israël het transport van hulp niet toelaat, begint steeds meer op een genocide te lijken. En dat zien ook studenten van over de hele wereld.

Direct verantwoordelijk voor de oorlog is ook de Verenigde Staten als belangrijkste partner en leverancier van wapens en geld aan Israël. Universiteiten in Amerika hadden directe banden met de regering en Israël en daardoor al dan niet schuld aan de oorlog in de ogen van de studenten. Zij pikten dit niet en eisten dat deze banden verbroken zouden worden, wat uitmondde in een bezetting, veel opstootjes met de politie en hier en daar straffen. Echter waaide dit protest net als zoveel dingen over uit Amerika naar Europa. In Ierland, lang voorstander van een aparte Palestijnse staat, begon een studentenprotest net als in Engeland in begin mei met wat tentjes. In Nederland begon het vlak hierna ook: in Amsterdam werden universiteitsfaculteiten bezet en eindige dit meerdere keren in gewelddadige rellen waarbij de politie over een kam werd geschoren met hun vijand, Israël. Daarna verspreidden de protesten zich naar bijna elke Nederlandse leerinstelling en vreesden de universiteiten en hogescholen voor hun faculteiten en bezittingen.

In hoeverre de Nederlandse universiteiten direct schuldig zouden zijn aan de oorlog is nog maar de vraag, aangezien het gaat om banden met enkel Israëlische instituties, niet over directe geldstortingen of de levering van wapens. Op de kaart hierboven is duidelijk te zien hoe de chaotische maand vol studentenprotesten zich in Nederland heeft ontwikkeld en hoe de protesten van een heftig brandende haard weer een klein smeulend kooltje werden. De intenties van de studenten zijn immers niet verkeerd, maar de gewelddadige en destructieve manier waarop geprotesteerd werd in ogen van veel Nederlanders zeer, terwijl er hoogstwaarschijnlijk geen directe schuld is. Daarom is een kaart belangrijk: oordeel zelf.

De amerikanisering van de samenleving, waarbij Nederland zich eerst ook direct achter Israël schaarde, brengt ook zeer Amerikaanse protesttoestanden met zich mee, en dus niet altijd ten goede. Toch hebben de protesten geen windeieren gelegd: sommige universiteiten gaan overstag en veel universiteiten hebben de banden met Israël openbaar gemaakt, zodat studenten zelf kunnen oordelen.

30 mei 2024 |
Aaron Kessens