Tegenwoordig krijgen onderbelichte groepen meer aandacht. Vergeten geschiedenissen komen naar voren en krijgen een kans om gehoord te worden. De groeiende erkenning van Keti Koti, brengt belangrijke discussies naar voren, bijvoorbeeld over onze gedeelde geschiedenis, maar vooral over wat wij met deze gedeelde geschiedenis gaan doen.
Afgelopen jaar was het 160 jaar sinds de officiële afschaffing van de slavernij. In Nederland was dit ook het jaar dat Koning Willem-Alexander in een toespraak zijn excuses had aangeboden voor de rol die Nederland heeft gespeeld in dit slavernijverleden. Dit deed hij op 1 juli, wat in vele landen bekendstaat als de officiële feestdag Keti Koti waar de afschaffing van het slavernijverleden wordt gevierd. Hij vroeg niet alleen vergiffenis voor zijn land, maar ook voor zijn voorouders die destijds niet hebben ingegrepen in tegen het systeem; “De stadhouders van Naussau hebben er niets tegen ondernomen. Ze handelden binnen het kader van wat wettelijk werd geoorloofd, maar je kon niet altijd naar de wet van toen luisteren. Op een gegeven moment komt de morele plicht om op te treden.” Premier Rutte was hem een half jaar voor, toen ook hij excuses had gemaakt voor het slavernijverleden. Zijn excuses bood hij niet aan om, zoals hij het noemde: “Het schip schoon te maken. We doen dit, en we doen dit nu, om staande op de drempel van een belangrijk herdenkingsjaar, samen de weg vooruit te vinden. We delen niet alleen het verleden, maar ook de toekomst. Dus zetten we vandaag een komma, geen punt.”
Maar wat hebben wij sindsdien gemerkt van deze komma? Keti Koti, afgeleid van het Sranantongo voor ‘gebroken ketenen’, is meer dan een herdenking van de afschaffing van slavernij. Het wordt gezien als viering van vrijheid, gelijkheid en inclusie. Voor velen is het een enorm belangrijke herdenkingsdag, het wordt al lang gevierd in Suriname en op de Antillen, maar nu wordt het ook steeds meer erkend en gevierd in andere landen, waaronder Nederland, vanwege de historische banden tussen Suriname en Nederland, en het feit dat er nog steeds veel Surinamers in Nederland wonen. Tijdens deze viering zijn er vaak activiteiten zoals lezingen, optochten, muziek en dans.
Op dit moment is Keti Koti geen officiële feestdag in Nederland. Dat is niet juist, vinden velen. De Tweede Kamer had op 8 juli 2021 wel twee moties gedaan rondom discriminatie en racisme, de eerste motie pleitte voor een excuses van de Nederlandse staat over het slavernijverleden en haar rol hierin, de tweede ging erover dat er van Keti Koti een officiële feestdag gemaakt moest worden in Nederland. De eerste was dus een aantal jaar later gelukt, maar zoals het er nu voor staat, is het nog geen officiële feestdag. Of Keti Koti dit ook moet worden roept verschillende standpunten op. Tegenstanders vrezen praktische complicaties zoals kosten en verstoringen van de openbare orde. Anderen vrezen dat het toevoegen van nog een feestdag zal leiden tot verdere polarisatie en een bredere discussie zal uitlokken over historische verantwoordelijkheid. Er zijn echter ook vele voorstanders die het belangrijk vinden dat dit verleden wordt erkent en herdenkt. Keti Koti staat voor velen symbool voor het streven van vrijheid en gelijkheid en men vindt het belangrijk voor het versterken van de inclusie van Nederlanders met een niet-Nederlandse afkomst. Daarnaast is het een kans om de geschiedenis en culturele tradities in leven te houden en podium te geven aan andere historische perspectieven die lang op de achtergrond zijn gebleven. Het is een kans voor educatie over het slavernijverleden en haar impact op het heden. Zo is ook Kim (21) voorstander van de officiële viering van Keti Koti in Nederland. “Veel mensen vergeten dat effecten van het slavernijverleden vandaag de dag nog aanwezig zijn. Er zijn sommige families, zoals die van de koning die eeuwenoud geld hebben, en geld dat op een niet-juiste manier is verkregen, zoals met slavernij. Daarom is het belangrijk om hedendaags ook aandacht te blijven geven aan mensen waarvan de aandacht zo lang ontnomen is.”
Duidelijk is dus dat het debat rondom Keti Koti niet alleen draait om een dag op de kalender; het is een reflectie van hoe wij onze geschiedenis erkennen en vormt een belangrijk keerpunt waarop we moeten beslissen of we actief blijven streven naar erkenning en viering van dit verleden, of dat we er definitief een punt achter zetten en de bestaande situatie accepteren zoals die is.