Een van de oorzaken van het voortijdig schoolverlaten ligt bij de toenemende kansen op de arbeidsmarkt. Uit een onderzoek van het UWV uit 2022 is gebleken dat je tegenwoordig makkelijker aan een baan kan komen zonder in het bezit te zijn van een diploma. Tegenwoordig hechten werkgevers meer waarde aan vaardigheden en vakkennis, dan aan het bezit van de juiste papieren. Leren gebeurt dan voornamelijk op de werkvloer. In de afgelopen twee jaar hebben werkgevers zeven op de tien keer iemand aangenomen die niet aan alle functie-eisen voldoet. En veel keus hebben ze niet wat dat betreft. Het is op dit moment namelijk een stuk lastiger om iemand te vinden die wel aan alle functie-eisen voldoet.
Ook Sjoerd (24), die in 2017 voortijdig het vwo verliet, is op die manier aan een baan gekomen. Hij vertelt dat hij na een half jaar lang geschorst te zijn, gezakt is voor zijn vwo-eindexamens, en dat hij geen zin en energie meer had om het jaar over te doen. “Ik had er behoefte aan om op mezelf te focussen en geld te verdienen. Ik wilde iets gaan doen wat ik wel echt leuk vond. Dat heb ik toen ook gedaan, en uiteindelijk zijn er ook wel een aantal dingen op mijn pad gekomen die een opleiding eigenlijk zouden kunnen vervangen.”
De recente stijging van het aantal voortijdig schoolverlaters heeft naar alle waarschijnlijkheid echter een andere oorzaak. Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Robbert Dijkgraaf meldt in een kamerbrief dat deze stijging waarschijnlijk te maken heeft met de coronacrisis en de bijbehorende maatregelen. “Dit schooljaar zijn er 24.385 nieuwe voortijdig schoolverlaters. Dit zijn er 1.619 meer dan vorig jaar”, meldt minister Robbert Dijkgraaf. Volgens de kamerbrief gaven veel voortijdig schoolverlaters aan de verkeerde studiekeuze te hebben gemaakt in de coronaperiode. Hierbij speelde het gebrek aan fysieke open dagen een grote rol.
In de brief stond ook vermeld dat veel leerlingen meer last kregen van psychosociale problemen tijdens de coronaperiode. Hierdoor schreven meer leerlingen zich voortijdig uit. Het hebben van deze problemen is eerder al aangewezen als een van de belangrijkste oorzaken voor voortijdig uitschrijven. Dit werd duidelijk uit een onderzoek van het CBS uit 2021. Hieruit bleek ook dat het in aanraking komen met criminaliteit een grote factor is die meespeelt bij voortijdig uitschrijven. Dit probleem komt relatief gezien vaker voor op het mbo dan op de middelbare school. Verder spelen gezondheidsproblemen zowel op het mbo als op het voorgezet onderwijs een grotere rol bij voortijdig schoolverlaten.
Het voortijdig schoolverlaten komt vaker voor op het mbo. Deze studenten hebben namelijk ook nog eens vaker te maken met met problematische schulden, verhuizingen en/of dakloosheid, dan middelbare scholieren. Gelukkig komen deze problemen over het algemeen weinig voor.
Er zijn echter ook andere oorzaken voor voortijdig schoolverlaten. Zo vertelt Sjoerd dat hij het liefst zou zien dat het onderwijs zelf anders ingericht wordt. “Veel van wat er op school geleerd moet worden, vind ik eigenlijk niet relevant. Ik ben van mening dat er veel meer aandacht besteed moet worden aan wat er belangrijk is voor de ontwikkeling van het kind. Ook vind ik dat leerlingen veel te vroeg keuzes moeten maken die vervolgens hun levens definiëren. Geef ze gewoon meer rust en ruimte om te groeien.”
En Sjoerd is niet alleen. Er heerst heel wat onvrede over het schoolsysteem in Nederland. In een artikel van Schooldomein schrijft neurowetenschapper en onderwijskundige Harold Bekkering dat er een hele hoop veranderd kan en moet worden op dit gebied. Volgens hem is niet verrassend dat één op de drie twintigers een burn-out krijgt. In een ideale situatie zou hij zien dat kinderen niet worden ingedeeld in categorieën tot hun achttiende, om ze vrij te kunnen laten leren. “Elk kind is anders en elke situatie is ook anders. Nu moet je herkauwen en je wordt te snel in hokjes gedeeld. Vervolgens leer je niet waar je interesses liggen”, aldus Bekkering. “Het gaat om het ontdekken wat bij mij past; leren moet betekenisvol zijn. Als jij voor een examen leert is het enige betekenisvolle het cijfer en je leert datgene dat tot dat cijfer leidt, maar je maakt kinderen niet nieuwsgierig.”
Voorlopig is er nog vrij weinig terug te zien van deze idealen in de aanpak van de overheid. Wel heeft de Rijksoverheid een plan gemaakt wat betreft het voortijdig schoolverlaten. In 2024 hoopt de Rijksoverheid het aantal voortijdig schoolverlaters terug te brengen naar maximaal 20.000 leerlingen. Dat zijn er 4000 minder dan in het schooljaar 2020-2021. Dit moet bereikt worden door (mbo-)scholen meer aandacht te laten besteden aan kwetsbare leerlingen en kansengelijkheid. Daarbij komt dat gemeenten de taak krijgen om voortijdig schoolverlaters terug te begeleiden naar school, waar ze 37 miljoen euro per jaar voor krijgen. In samenwerking met de scholen zijn zij ook verantwoordelijk voor het aanbieden van extra begeleiding, waarvoor er jaarlijks 49,6 miljoen euro beschikbaar is.