Waarom je BMI niks zegt over je gezondheid
13 maart 2023
Joan Wiersma
Student minor journalistiek en nieuwe media (2022/2023)

Steeds meer volwassenen, jongeren en kinderen met overgewicht. Het gewicht van de Nederlandse bevolking is een jaarlijks terugkerende thema. Toch geven de onderzoeken geen accuraat beeld van overgewicht onder de Nederlandse bevolking, omdat zij gebruik maken van een berekening van de Body Mass Index (BMI). Onderzoek wijst uit dat de methode geen juiste manier is om de gezondheid van het gewicht te berekenen.

Weinig rekenmethodes zijn zo’n groot onderdeel van de samenleving als de berekening van de BMI. Artsen maken gebruik van deze berekening om te bepalen of iemand bepaalde operaties mag ondergaan. Ook het Voedingscentrum, het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) bepalen aan de hand van het BMI of iemand een gezond gewicht heeft.

De onderzoeken naar gewicht van de Nederlandse bevolking maken gebruik van de Body Mass Index (BMI). Een internationaal gebruikte methode waarbij gewicht in verhouding tot lengte wordt berekend. Een gezond BMI voor een volwassenen zit tussen de 18,5 en de 25 in. Aan de hand van deze maat wordt bepaald of iemand overgewicht heeft.

Het BMI werd 200 jaar geleden bedacht door Adolphe Quetelet, een Belgische wiskundige. Toen Quetelet de formule bedacht in 1830 wist hij al dat de berekening niet perfect was. Er bestond toen geen rekenmachine of computer. Wat verklaart waarom de formule te simpel is, ook wordt er geen rekening gehouden met de lichaamsbouw. Iemand die iedere dag chips eet en bank hangt, kan een gezonder BMI hebben dan iemand die veel groente eet en beweegt.

Spier of vet?
De formule is gebaseerd op gewicht en trekt zich niets aan van de verdeling van vet over het lichaam. Zo wordt de buikomvang niet betrokken bij de berekening, terwijl deze juist belangrijk is om aan te duiden of iemand overgewicht heeft. Werknemer van het Voedingscentrum Asmowiredjo legt het uit. ‘Veel buikvet is een extra gezondheidsrisico. Het is nadeliger voor je gezondheid dan vet op je heupen en billen.’

Bovendien negeert de formule de verhouding tussen spier, vet en bot. Spieren wegen zwaarder dan vet, maar zijn van groot belang zijn voor de gezondheid van het lichaam. Ze zijn nodig om te ademen en bewegen, zorgen voor een goede weerstand en het op peil houden van de bloedsuikerspiegel. Ook kunnen ze bescherming bieden tegen kanker, hart- en vaatziekten.

Toch kan iemand met veel spiermassa een ongezond BMI hebben. Asmowiredjo geeft het volgende voorbeeld. ‘Ben je een fanatieke krachtsporter? Dan kan het zijn dat je BMI in de categorie overgewicht valt, terwijl je geen hoge vetmassa hebt. In dat geval is de middelomtrek een goede aanvullende maat om het gezondheidsrisico in kaart te brengen. Is je middelomtrek gezond, dan hoef je niet af te vallen.’

In plaats van de BMI-berekening, waar de nadruk ligt op het gewicht kunnen we beter kijken naar de verdeling tussen vet- en spiermassa in het lichaam. Een berekening van de Lean Body Mass (LBM) kijkt naar hoeveel lichaamsmassa er niet bestaat uit vet. Daarnaast bestaat ook de A Body Shape Index (ABSI), welke rekening houdt met jouw lichaamsvorm door ook naar je middelomtrek te kijken.

Toch is het meten van iemands gezondheid veel complexer. ‘Hoe gezond iemand is blijft een combinatie van hoe iemand zich voelt, de BMI en lichaamsomtrek én het meten van bloed. Heeft iemand geen tekorten of juist iets wat te hoog is? Gezondheid gaat wat mij betreft om zowel fysieke gezondheid als mentale gezondheid.’, aldus Asmowiredjo van het Voedingscentrum.

13 maart 2023 |
Joan Wiersma
Student minor journalistiek en nieuwe media (2022/2023)