In Nederland wordt er gemiddeld elke acht dagen een vrouw vermoord wegens verscheidene redenen: dat is zo’n 40 tot 50 vrouwen per jaar. Bijna 40 procent van de 46 moorden op vrouwen worden uitgevoerd door een (ex)partner. Dit is een hoge score als je het vergelijkt met het Europees gemiddelde van 29 procent. Vrouwenmoord, hoe komt het dat we in Nederland het lastig vinden om het beestje bij de naam te noemen?
Vorige week overleed een 52-jarige vrouw in Utrecht aan een steekincident door haar partner, maar nergens werd femicide benoemt. Femicide, is het populaire synoniem voor vrouwenmoord dat met toenemende mate de afgelopen jaren gebruikt wordt. Alhoewel er nog geen concrete definitie voor femicide in de Van Dale staat, gebruikt het Europese Instituut voor Gendergelijkheid (EIGE) een brede definitie voor vrouwenmoord. Hierin gaat het niet alleen om moord gebaseerd op sekse maar ook moord door partnergeweld, eerwraak en andere redenen worden meegeteld.
De discussie rondom femicide in Nederland schijnt vergeleken met andere Europese landen een taboe te zijn. Hoewel de kans op moord op vrouwen door huiselijk geweld veel groter is dan andere redenen, wordt dit door de Nederlandse behandelt alsof iedere zaak uniek is. Ondanks dat wereldwijd vrouwen al jaren massaal de straten op gaan om te protesteren tegen geweld tegen vrouwen, is de aandacht rondom femicide in Nederland een fenomeen van de afgelopen jaren.
In Europese landen zoals Spanje die juist bekend staan voor hun machocultuur, is de overheid bedachtzaam op het analyseren van nationale gender-patronen en de femicide die als volgt plaatsvind. Hieruit blijkt dat femicide dus niks te maken heeft met achtergrond, en meer met de patriarchale normen waarvan de wortels diep verwikkelt zitten in de samenleving.
Ook wordt er in Nederland weinig onderzoek gedaan naar de oorzaken voor femicide, terwijl dit in andere landen verder ontwikkelt is. Beleidsmakers in Nederland hebben hierdoor ook moeite bij het uitstippelen van maatregelen die femicide bestrijden. Brits onderzoek toont aan dat huiselijk geweld, stalking, alcohol- en drugsgebruik de meest voorkomende factoren zijn die kunnen leiden tot femicide.
Daarnaast leggen volgens de Verenigde Naties veel landen het verband tussen het slachtoffer en de moordenaar niet, waardoor het aantal gemelde femicides wereldwijd nog maar ‘het topje van de ijsberg’ is. Ook in Nederland wordt er bij moord op een (ex)partner het vaker gemeld als een zaak van structureel geweld, in plaats van een incident van gender-gebaseerde aard. Femicide wordt niet als een categorie op zichzelf vastgelegd, maar het CBS noteert wel het aantal incidenten van vrouwenmoord met een aantal onderliggende oorzaken met als meest voorkomende: huiselijke omstandigheden.
De term femicide is geïmporteerd uit Amerika en Mexico, waar vrouwenmoord verworven zit in de drugswereld en mensenhandel. Volgens hoogleraar Gender Based Violence Renée Römkens, draait het in Nederland meestal om partnergeweld met betrekking tot een gebrek aan controle of grenzen die niet gerespecteerd worden. Vroeger waren er minder scheidingen, waardoor het aantal femicides nog hoger was. Daarnaast geldt er in Nederland een hoge drempel voor het melden van huiselijk geweld: na gemiddeld 33 mishandelingen wordt er pas aangifte gedaan.
In de onderstaande tijdlijn is het aantal femicides tussen 1996 en 2021 in Nederland weergegeven met de bijbehorende context gebaseerd op de cijfers van het CBS
Ondanks dat de aandacht rondom vrouwenmoord toeneemt, is dit niet genoeg voor structurele verandering binnen de samenleving. Volgens Britt Myren, senior onderzoeker bij Atria, kennisinstituut voor emancipatie en vrouwengeschiedenis moet er meer onderzoek komen: “Op basis daarvan kunnen we een gendersensitief beleid ontwikkelen. Dat betekent dat je erkent dat het beleid dat je voert een ander effect kan hebben op mannen of vrouwen omdat zij een andere rol hebben in de maatschappij.”
De aanpassing in taalgebruik rondom femicide kan ook verandering stimuleren. Adriana van Dooijeweert, voorzitter van het College voor de Rechten van de Mens, geeft aan dat termen zoals ‘familiedrama’ en ‘crime passionel’ bijdragen aan het probleem. “Crime passionel klinkt bijna alsof de man er niets aan kan doen, alsof hij te gepassioneerd was. ‘Hij hield zo veel van haar dat hij dit moést doen’. Dat is net als met huiselijk geweld. Huiselijk klinkt zo gezellig, bijna vergoelijkend. Of een familiedrama, alsof er in iedere familie wel eens wat gebeurt. Maar we hebben het hier wel over moorden”, aldus van Dooijeweert.
#Femicide kent geen kleur, geen religie, is niet afhankelijk van afkomst, zegt de OvJ. "Er is slechts 1 overeenkomst: de slachtoffers zijn vrouwen."
— Saskia Belleman (@SaskiaBelleman) February 22, 2023