Datavisualisatie
Antibiotica drama afgewend; een succesverhaal
5 april 2021
Stefan Loonen
Student minor Journalistiek en Nieuwe Media 2020/2021.

Jarenlang waren we in Nederland grootverbruiker van antibiotica. Met name de veehouderij kon er wat van. Het dreigde een oncontroleerbaar probleem te worden. Nu, meer dan tien jaar later, is de situatie anders en hebben we de touwtjes weer in handen.

In 2007 werd Nederland opgeschrikt door de komst van een nieuwe soort van de ziekenhuisbacterie meticilline resistente Staphylococcus Aureus (MRSA). Deze bacterie veroorzaakt in gezonde mensen zelden problemen, maar voor kwetsbare groepen is hij gevaarlijk. Bovendien is de behandeling lastig. MRSA is een bacterie die resistent is tegen veel bestaande antibiotica. Deze antibiotica, onze voornaamste wapens tegen ziekteverwekkende bacteriën, zijn daardoor niet effectief. 

MRSA kwam al langer voor in ziekenhuizen, maar deze nieuwe soort bleek na onderzoek zijn resistentie in de veehouderij te hebben ontwikkeld. In deze sector werden antibiotica dan ook veelvuldig gebruikt, zelfs wanneer dieren niet ziek waren. Na 2007 werd de trend anders, en met succes. Uit het jaarlijkse Maran rapport, wat onder andere de totale antibiotica verkoop bijhoudt, bleek dat er in 2019 70% minder antibiotica was verkocht ten opzichte van 2009. 

“En dat is een goede zaak. Elk gebruik van antibiotica vergroot namelijk de kans dat resistente bacteriën zich ontwikkelen”, vertelt Els Broens, lid van de werkgroep veterinair antibiotica beleid (WVAB). “Er werd vroeger veel preventief antibiotica gebruikt. Het ging dan om groepen dieren, bijvoorbeeld een hele afdeling biggen, die door het voer of drinkwater antibiotica kreeg. De resistentie die ontstond sijpelde door naar de menselijke gezondheidszorg, waardoor er een maatschappelijke discussie op gang kwam.” 

De eerste plannen werden als snel gesmeed om het antibioticagebruik te verminderen. “Ook bij de boeren en dierenartsen was er het besef dat er wat gedaan moest worden. Voorheen dachten we niet veel na over de nadelen die aan het antibioticagebruik kleven. Toen de nadelen boven kwamen drijven was het voor de meeste mensen al snel duidelijk dat we niet op gelijke voet door konden gaan”. 

Maatregelen

Ondertussen is het preventief gebruik van antibiotica verboden in Nederland. Er is meer aandacht gekomen voor het individuele dier. En als er toch een groep dieren behandeld moet worden wordt deze groep zo klein mogelijk gemaakt. Dit gebeurt bijvoorbeeld nog wel bij vleeskuikens, individuele behandeling bij deze dieren is praktisch niet haalbaar.

“We kijken ook naar de verschillende soorten antibiotica. Zo houden we rekening met hoeveel resistentie er al is tegen een bepaalde groep. Ook weegt mee of de groep voor mensen gebruikt kan worden.” De WVAB maakt op basis van deze factoren drie indelingen voor antibiotica; 1ste, 2de en 3de keus. 3de keus antibiotica worden alleen gebruikt als het écht niet anders kan.

En dat deze maatregelen hebben geholpen is duidelijk. “We zien dat we nu in tien jaar een vermindering van 70% hebben behaald. Dat is een mooie prestatie. Hoewel er altijd aandacht voor dit onderwerp zal blijven, is het probleem gelukkig niet acuut meer.” 

Europa

De acute problemen zitten nu vooral in andere landen. Als we naar landen in Europa kijken zien we een aantal antibiotica reuzen. Daar is nog flink wat winst te boeken. In 2019 is er vanuit de Europese commissie een verordening ingegaan die landen dwingt echt maatregelen te nemen. In 2030 moet elk land van de Europese commissie een centrale administratie hebben voor antibioticagebruik. Ook komt de commissie met een soortgelijke indeling voor 1ste, 2de en 3de keus antibiotica, op Europees niveau. 

“Spanje is op dit moment grootverbruiker van antibiotica en is daardoor in een vicieuze cirkel terecht gekomen. Hoe meer antibiotica je gebruikt hoe meer resistentie er in de bacteriën komt. En vervolgens, hoe resistenter de bacterie hoe meer antibiotica je moet gebruiken. Het is dus hopen dat ze daar uit komen. Met Nederland hebben we in ieder geval laten zien dat drastische vermindering mogelijk is.” 

5 april 2021 |
Stefan Loonen
Student minor Journalistiek en Nieuwe Media 2020/2021.