Achtergrondartikel
Nederlandse sporttalkshows: ís sport wel meer dan voetbal?
1 april 2021
Edo van Rossum
Premasterstudent Journalistiek en Nieuwe Media (2020-2021)

Door het afhaken van het sportpraatprogramma Peptalk, zijn er alleen nog maar sporttalkshows over, gefixeerd op één bepaalde sport. Hoe kan het dat sport steeds populairder wordt, talkshows meer kijkcijfers generen, maar een multisporttalkshow het hoofd niet boven water kan houden?

Met de bekendmaking van Ziggo om de stekker uit het programma Peptalk te trekken, is het exorbitante kerkhof der Nederlandse sporttalkshows weer een moedige ziel rijker. In een medialandschap waarin sporttalkshows voornamelijk gericht zijn op één bepaalde sport, durfde Jack van Gelder het met Peptalk aan om een praatprogramma op de markt te brengen, dat zich focuste op meerdere sporten tegelijk. Zoals de geschiedenis allicht al deed vermoeden, bleek dit nobele streven louter een succes op de tekentafel.

Eind 2015 startte Ziggo met een format waarin sporters, trainers en specialisten uit diverse sporten met elkaar aan tafel gingen. Hoewel het succes in het begin nog gestaag groeide, klapten de kijkcijfers de afgelopen jaren in elkaar. Dat was voor de producent reden genoeg om het programma van de buis te halen. Sporthistoricus Jurryt van de Vooren ziet daar door te kijken naar de geschiedenis een logische verklaring in. ”Dat komt doordat de Nederlandse sportjournalistiek extreem gescheiden is in voetbal en niet-voetbal.”

Manie Johan Derksen
Voor de grondlegger van de Nederlandse sporttalkshows moeten we volgens Van de Vooren terug naar het einde van de vorige eeuw. Het programma Sport aan tafel, met onder meer Johan Derksen, Kees Jansma, Hugo Kamps en presentator Ruud ter Weijden bleek een onverwachtse succesformule. Het format was simpel: een volledig zwart decor, één grote tafel en diverse mensen uit de sportwereld die absoluut geen blad voor de mond namen.

”Door de rookwolken van Derksen waren andere gasten soms niet eens meer zichtbaar”

RUUD TER WEIJDEN

Van de Vooren denkt dat juist de controverse het programma populair maakte. ”Johan Derksen heeft een soort manie dat alles recht moet liggen, dus als boeken niet mooi zijn opgestapeld, dan legt hij ze precies op elkaar. Ruud ter Weijden zorgde er dan bewust voor dat de tijdschriften op tafel net niet helemaal recht lagen, zodat Derksen net iets geïrriteerder werd en dus extra stevige opmerkingen plaatste”, memoreert de sporthistoricus.

De aanleiding voor dat programma, was het promoten van een boek: De top 500 beste Nederlandse sporters van de eeuw. Volgens toenmalig presentator Ruud ter Weijden was het succes echter niet te danken aan het multisportkarakter van het programma. ”Dat boek was een verplicht nummer en werd al snel subtiel naar de achtergrond geschoven om vervolgens lekker over voetbal te kunnen praten. Dus dan zei ik dat het nu tijd was voor de wekelijkse sporters en dan zag je de tafelgasten al kijken met een gezicht op onweer.”

Geen water maar vodka
Om toch nog andere sporten te vertegenwoordigen vroeg Hugo Kamps weleens of de gasten niet naar de cyclocross hadden gekeken. ”Johan Derksen riep dan dat hij zich niet bezighoudt met B-sporten”, herinnert Ter Weijden zich. Juist dit soort prikkelende uitspraken en de hele kroegpraat-sfeer die er werd gecreëerd, wekte interesse bij het televisiepubliek. In die tijd was het bijvoorbeeld ook de normaalste zaak van de wereld om te roken op televisie. ”Door de rookwolken van Derksen waren andere gasten soms niet eens meer zichtbaar en Hugo Kamps had steevast vodka in plaats van water in zijn glas zitten.”

In het vervolg zijn er diverse pogingen gedaan om op het succes van Sport aan tafel voort te borduren, met wisselend succes. Programma’s als NOS Studio Voetbal en De Avondetappe, een talkshow in de weken van de Tour de France, hebben een vast plekje in het medialandschap afgedwongen. Naast deze talkshows die zijn gericht op één specifieke sport, werd er met Café de Sport een poging gedaan om een multisporttalkshow te beginnen. De zeer teleurstellende kijkcijfers van het programma van Humberto Tan en Jack Spijkerman toonden echter aan dat hier destijds geen doelgroep voor was.

Journalistiek irrelevant
Momenteel is het sportpraatprogramma Veronica Inside een van de meest populaire sporttalkshows. Wederom een programma dat zich volledig richt op voetbal. Van de Vooren ziet het succes van het programma meer komen door de populariteit van voetbal, dan dat het een journalistiek hoogtepuntje is. ”Puur journalistiek gezien is het totaal niet meer relevant, omdat niemand aan tafel in het wereldje zit. De tijd dat Johan Derksen na de intro de ene na de andere journalistieke primeur op tafel gooide, is wel voorbij. Nu kunnen ze alleen nog maar relevant zijn door ruzie te maken met iedereen.”

Op die manier ziet de sporthistoricus een duidelijke scheiding tussen voetbal en andere sporten. ”Of je zit in de voetbaljournalistiek en dan vind je de rest minderwaardig of je zit niet in de voetbaljournalistiek en je vindt voetbal vreselijk. De voetbalwereld staat volledig los van de sportwereld. Alle andere sporten hebben er vaak ook een hekel aan dat voetbal alle aandacht opslokt.” Dat is dan ook een belangrijke reden dat multisporttalkshows niet genoeg kijkcijfers genereren. ”Het zijn twee gescheiden werelden, die amper met elkaar te verenigen zijn. Dat zie je dus ook bij een programma als Peptalk.”

”Nederlandse sportjournalistiek is extreem gescheiden in voetbal en niet-voetbal”

JURRYT VAN DE VOOREN

Ook Ter Weijden ziet de oorzaak in dezelfde hoek liggen. ”Het probleem is dat Veronica Inside zo toonaangevend is geworden. Ze hebben het hele landschap veranderd. Ik denk dat het heel lastig is om een leuke, sympathieke talkshow te maken die meer sporten behandelt dan alleen voetbal. Iets dat zo omni is als wat Peptalk probeerde te zijn, daarvan vraag ik me af of er een markt voor is.” Van de Vooren ziet echter wel een opening: ”De enige manier om een soort multisportprogramma te beginnen is tijdens de Olympische Spelen, maar dat is gewoon maar eens in de vier jaar.”

Zo lijkt een nieuwe multisporttalkshow er voorlopig niet in te zitten. Peptalk heeft dit de afgelopen jaren geprobeerd, maar ondervond net als diens voorgangers de moeilijkheden. Luc Schinkel, in het verleden betrokken bij Peptalk, is dan ook realistisch: ”De zender ZiggoSport vond dat het tijd werd voor iets nieuws. Dit gebeurt natuurlijk best vaak in medialand.” Daarop aansluitend kan hij alvast verklappen dat er wel een nieuwe variant op de planning staat. ”Vanaf april starten we met Ziggo TOP Sport. Dat is niet in een studio, maar meer een reportageprogramma met vaste rubrieken en, net als Peptalk, gericht op alle (top)sporten”, sluit hij af met een positieve noot.

1 april 2021 |
Edo van Rossum
Premasterstudent Journalistiek en Nieuwe Media (2020-2021)