Tijdlijn
De snelle ontwikkeling van veganistisch eten in Nederland
9 maart 2021
Daphne Stolwijk
Minorstudente Journalistiek en Nieuwe Media 2020/2021

In vijf jaar tijd is het aantal veganisten in Nederland ontzettend hard gestegen. Veganistische restaurants zijn niet meer weg te denken uit het straatbeeld, ‘vegan challenges’ gaan viraal op het internet en er zijn zelfs veganistische studentenverenigingen opgericht. Je kunt er niet meer omheen: veganistisch eten is hip. Wat zorgt ervoor dat zoveel mensen opeens overstappen op een veganistisch dieet?  

Een van deze mensen is Belle. Ze is 23 jaar en eet sinds haar 18e veganistisch. “Ik keek de documentaire Cowspiracy op Netflix over de vlees-, vis-, melk- en ei-industrie. Vanaf dat moment wist ik het: ik word veganist. Sindsdien eet ik geen dierlijke producten meer”, zegt zij. Doordat er steeds meer informatie komt over veganisme in de vorm van artikelen en documentaires, is het bewustzijn vergroot. Dit zou de toename van veganisten van de laatste jaren deels kunnen verklaren.

Plantaardig eten, oftewel veganistisch eten, maakte de laatste jaren een enorme stijging aan populariteit mee. Documentaires over plantaardig eten zijn razend populair, vleesvervangers in de supermarkt worden steeds smakelijker en het imago van veganisten is enorm veranderd. Het Sociaal en Cultureel Planbureau schatte het aantal veganisten in 1995 op 16.000 en in 2015 op 70.000. Een forse stijging, maar de laatste vijf jaar is het al helemaal hard gegaan: in 2018 waren er al 100.000 veganisten en in 2020 170.000. 

Go vegan. Foto: Pixabay (CC0)

Een andere verklaring voor deze stijging kan de toegankelijkheid van veganistisch voedsel zijn. Jaren geleden was het bijvoorbeeld nog nauwelijks mogelijk om in een restaurant vegetarisch eten te bestellen, laat staan veganistisch. Tegenwoordig is het veel makkelijker om een plantaardige levensstijl te onderhouden. “In het begin was het lastig om uit eten te gaan”, vertelt Belle. “Maar nu kan je in ieder restaurant wel een veganistisch gerecht bestellen.” In Nederland zijn inmiddels al veel veganistische restaurants, maar ook ‘gewone’ restaurants zorgen vaak voor een veganistische optie op de kaart.  Ook in supermarkten liggen steeds meer veganistische opties voor maaltijden.

Een van de voornaamste redenen om veganistisch te gaan eten is dierenleed. Per dag worden in Nederland zo’n 1,7 miljoen dieren geslacht, volgens data van het CBS. Toch gaat het veganisten niet alleen om het slachten van dieren, ook om de omstandigheden waarin ze leven. Daarom eten veganisten überhaupt geen dierlijke producten. Voor een ei wordt geen kip geslacht, maar de kippen die de eieren leggen leven onder erbarmelijke omstandigheden. Voor de productie van melk wordt geen koe geslacht, maar de koe wordt gedwongen om kalfjes te baren die vervolgens gelijk door mogen naar het slachthuis. “Het is gewoon te walgelijk”, aldus Belle. 

Een andere belangrijke overweging die veel mensen hebben om plantaardig te eten, is het klimaat. Door de groeiende vraag naar landbouwgrond is er veel ontbossing. Dat zorgt voor toename van CO2, waardoor het klimaat opwarmt. Voor de productie van vlees is veel meer land nodig dan voor aardappelen, groenten of rijst. Bovendien gaat veel van het voedsel dat op akkers verbouwd wordt naar dieren in plaats van mensen. Maïs, suikerbieten en soja gaan naar vee, en die dieren eten mensen vervolgens op.

‘Het is gewoon te walgelijk’

Naast deze overwegingen zijn veel veganisten ervan overtuigd dat plantaardig eten beter is voor hun eigen gezondheid. Belle is hier wat sceptischer over: “Mijn gezondheid is niet veranderd sinds ik veganist ben. Ik had last van acne, dat is wel wat minder erg geworden. Maar verder merk ik nergens iets van. Het is niet beter, maar dus ook niet slechter.” 

Veganistische maaltijd. Foto: Ula Zarosa (CC BY 2.0)

Anouk van Asselt is personal trainer en focust op voeding. Volgens haar kan je goed aan voedingsstoffen komen als je een plantaardig dieet volgt, maar je moet wel bewust zijn van wat je binnenkrijgt. “Je eet meer groenten, fruit en peulvruchten. Een vitamine zoals B12 komt meer voor in dierlijke producten, dus daar moet je op andere manieren aan komen.” Anouk noemt rijst, couscous en volkoren brood als voorbeelden. “Maar ook in gedroogd zeewier en alg kan het voorkomen, al klinkt dat misschien niet zo lekker”, lacht ze. “Ik raad dan ook aan om aan vitamine B12 supplementen te beginnen.” 

Ook Anouk ziet steeds meer mensen die een plantaardig dieet volgen. “Dat kan ook goed in combinatie met sporten. Veganistisch voedsel is biologischer en minder bewerkt. Bovendien ben je een stuk bewuster bezig met wat je eet, en dat is natuurlijk altijd goed.”

Het imago van veganisme verandert, en zo slecht is dat dus niet volgens Belle en Anouk. In de tijdlijn onderaan in dit artikel is de ontwikkeling van veganisme in de afgelopen jaren weergegeven. 

9 maart 2021 |
Daphne Stolwijk
Minorstudente Journalistiek en Nieuwe Media 2020/2021