Achtergrondartikel
Van Navalny tot Pussy Riot: Hoe Rusland dissidenten de mond snoert
8 maart 2021
Chiara Mars
Student minor Journalistiek en Nieuwe Media (2020-2021) en Geschiedenis.
Demonstratie naar aanleiding van de veroordeling van de Russisch-feministische punk band Pussy Riot. Foto: Fibonacci Blue (CC BY 2.0)

Wie kritiek uit op het politieke systeem en haar spelers, kan er in Rusland vergif op innemen strafrechtelijk vervolgd te worden. “Het strafrecht in Rusland kan nog steeds worden ingezet voor politiek gestuurde zaken”, zegt journalist en slavist Laura Starink. Maar hoe werkt het Russische strafrecht in de praktijk? En wat zijn de gevolgen voor dissidenten als Aleksej Navalny en Nadezjda Tolokonnikova?

De rechtszaak van Aleksej Navalny geeft een gedetailleerd inkijkje in het reilen en zeilen van het Russische rechtsstelsel. Navalny, een dissident die de afgelopen decennia veel bekendheid heeft verworven en een doorn in het oog van Poetins imperium is, belandde begin dit jaar achter de tralies nadat hij ‘verzuimd’ had aan zijn meldplicht van een eerdere corruptierechtszaak (die door het Europees Hof van de Rechten van de Mens als onterecht werd beoordeeld) te voldoen. In werkelijkheid werd hij in een Duits ziekenhuis behandeld nadat hij vergiftigd was door, naar alle waarschijnlijkheid, de Russische veiligheidsdienst. Nadat de herstelde Navalny in februari terugkeerde naar Rusland, werd hij door agenten in de kraag gevat en veroordeelt tot een gevangenisstraf van 3,5 jaar. Maar deze gevangenisstraf wijkt in een wezenlijk opzicht af van de gevangenisstraffen in ons penitentiaire stelsel.

“Het verschil is dat je in Rusland naast gevangenissen ook werkkampen, ofwel strafkolonies hebt”, vertelt journalist, historicus en Ruslandkenner Hubert Smeets. Smeets is net als Starink verbonden aan het kennisplatform Raam op Rusland. “Deze werkkampen, waar Navalny de komende jaren gevangen zit, bestaan uit verschillende barakken en zijn vaak ver buiten de stad gelegen. Soms verblijven gevangenen met zijn twintigen (op stapelbedden) in één cel.” Rusland telde in 2019 ruim 700 werkkampen tegenover 8 luttele gevangenissen. De omstandigheden waarin gevangenen van de strafkolonies verkeren doen sterk denken aan de Goelag, de straf- en werkkampen uit de Sovjet-Unie waar miljoenen Russen het leven lieten.

Poetins speelbal

In de jaren negentig, onder het bewind van Boris Jeltsin, onderging het Russische rechtsstelsel de nodige hervormingen, maar sinds de val van de Sovjetunie en het aantreden van Vladimir Poetin is het hervormingsproces tot stilstand gekomen. De situatie in het strafrecht is vooral ernstig. “Het strafrecht kan in Rusland nog steeds worden ingezet voor politiek gestuurde zaken. Daarbij werken openbaar aanklagers en rechters de facto samen om een van hogerhand besteld vonnis uit te spreken”, legt Starink uit in haar boek Post uit Rusland. Sinds de invoering van de antiterrorismewetten in 2016 is zelfs het mobiliseren en organiseren van massaprotesten strafbaar. Ook houden overzichtsinstanties streng toezicht op socialmedia-, sms- en telefoonverkeer. Poetin beschikt in feite over de machtsmiddelen om te beslissen over het vonnis van zijn tegenstanders, die in veel gevallen opsluiting in een strafkamp riskeren.

Informatie over het leven achter de tralies van de Russische strafkolonies bereikt zelden het publiek. Toch lukte het Nadezjda Tolokonnikova, lid van de feministische punkband Pussy Riot, een open brief te publiceren waarin zij haar ervaringen in het strafkamp in Mordovië beschrijft, waar zij van 2012 tot 2013 gevangen zat wegens ‘hooliganisme’ (de leden van de band hadden een kerkdienst verstoord met een vreedzame protestactie). In de brief staat het volgende: “Mijn brigade in het naaiatelier werkt 16 tot 17 uur per dag. Van 7.30 uur tot 12.30 uur. In het beste geval krijgen we vier uur slaap per nacht. Eens in de anderhalve maand hebben we een vrije dag. We werken bijna elke zondag. Het is waar: anderen worden in elkaar geslagen. Omdat ze het niet konden bijbenen. Ze slaan hen in de nieren, in het gezicht. De gevangenen delen zelf de klappen uit en geen enkele keer gebeurt dat zonder toestemming en medeweten van de administratie”.

Ook Navalny heeft zich uitgelaten over de omstandigheden in het strafkamp waar hij momenteel gevangen wordt gehouden. “Ik heb nog geen tekenen van geweld gezien, hoewel ik vanwege de gespannen uitstraling van de veroordeelden, die in de houding staan ​​en bang zijn om hun hoofd te bewegen, gemakkelijk de talrijke verhalen kan geloven dat hier, in IK-2 Pokrov, recentelijk mensen halfdood zijn geslagen met houten hamers… Het tolt voortdurend in mijn hoofd, maar ik loop nog, want ik voel jullie steun.”

Verandering

Binnen de internationale gemeenschap klinkt steeds vaker kritiek. “Rusland heeft het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens ondertekend en is lid van de Raad van Europa. Hierdoor moet Rusland zich niet alleen houden aan eerlijke procesvoering, maar ook aan menswaardige strafoplegging. Op dit laatste punt loopt het vaak spaak, zo ook in het geval van Michail Chodorkovski (Russische oligarch en tegenstander van Poetin, red.)”, legt Smeets uit. Volgens de Russische wet moeten veroordeelden namelijk hun straf uitzitten in strafinrichtingen binnen de grenzen van de territoriale eenheid van de Russische Federatie waar zij hebben gewoond of waar zij zijn veroordeeld. In de praktijk worden de meeste gevangenen over zeer grote afstanden getransporteerd om hun straf uit te zitten en daarmee is Rusland dus in overtreding met de wet, stelt ook het rapport van Amnesty International.

Ondanks de structurele tekortkomingen in het Russische rechts- en gevangenisstelsel lijkt het haast ondenkbaar dat bewegingen van onderaf in staat zullen zijn veranderingen teweeg te brengen. Hierom belanden Russische dissidenten nog altijd, vaak ten onrechte, achter de tralies.

In 2013 werd er aan Tolokonnikova amnestie verleend. Navalny is veroordeeld tot 3,5 jaar strafkamp in Koltsjoegino. Zijn 24-dagen-durende hongerstaking om medische hulp af te dwingen heeft hij afgebroken. Hij wordt momenteel onderzocht door artsen buiten het gevangenissysteem.

8 maart 2021 |
Chiara Mars
Student minor Journalistiek en Nieuwe Media (2020-2021) en Geschiedenis.