Door de coronacrisis moeten scholen in het basisonderwijs zorgen voor thuisonderwijs. Dit doen scholen veelal door het geven van online lesmateriaal. Maar hebben alle kinderen wel toegang tot dit lesmateriaal in hun thuissituatie?

De coronacrisis zorgt ervoor dat het kabinet heeft besloten dat de basisscholen dicht moeten. Gelukkig blijkt deze maatregel niet ten koste te gaan van de kinderen. Door online thuisonderwijs zouden kinderen geen leerachterstanden op hoeven lopen. Basisscholen zetten razendsnel onderwijsprogramma’s op voor kinderen om thuis toch met school bezig te kunnen zijn. Toch zijn er volgens NPO Radio 1 problemen.

In de bovenstaande grafiek, bestaande uit data van het CBS, is duidelijk te zien dat huishoudens, bestaande uit ouders met kind(eren), in bijna 100 procent van de gevallen thuis toegang heeft tot breedband internet. Dat leidt tot de conclusie dat toegang tot online lesmateriaal, op een enkele uitzondering na, geen problemen oplevert.

Maar door verder in te zoomen op de toegang tot dit lesmateriaal, komt al snel naar voren dat de leerlingen ook apparatuur tot hun beschikking moeten hebben om online lesmateriaal te kunnen bekijken. De onderstaande grafiek laat zien dat ook dit in de meeste gevallen geen problemen oplevert. In de meeste huishoudens is apparatuur beschikbaar waarop de kinderen online lessen kunnen volgen.

Een kanttekening bij de cijfers is wel dat de data uit dit onderzoek niet aangeven hoeveel apparaten er beschikbaar zijn. Dit kan voor problemen zorgen, aangezien veel ouders in de tijden van het coronavirus thuiswerken en daardoor de computers hard nodig hebben. Dit gaat ten koste van het schoolwerk van de kinderen.

Eenoudergezinnen

Niet elke thuissituatie is hetzelfde. Er kunnen thuis verschillende problemen ontstaan voor kinderen, zoals huiselijk geweld, taalproblemen van de ouders of gescheiden ouders. Als je kijkt naar de cijfers van eenoudergezinnen en deze vervolgens vergelijkt met huishoudens bestaande uit twee ouders en kind(eren), zie je duidelijk verschillen ontstaan.

In onderstaande grafiek is te zien dat de internettoegang nagenoeg hetzelfde is als bij ouders met kind(eren). De toegang tot het internet moet hierdoor voor kinderen geen probleem zijn.

Maar als je kijkt naar de apparatuur die kinderen uit eenoudergezinnen tot hun beschikking hebben, zie je duidelijk verschillen ontstaan. De onderstaande grafiek laat zien dat in 83 procent van de gevallen kinderen een laptop kunnen gebruiken voor hun schoolwerk. Bijna 20 procent van de kinderen zou hierdoor problemen oplopen in hun studievoortgang. Basisonderwijs is voor kinderen essentieel en de risicogroep van eenoudergezinnen geldt tijdens de coronacrisis als dé uitdaging voor schoolleidingen.